Ik zit er klaar voor en als Rini In de Teams omgeving verschijnt vertel dat ik tijdens het gesprek mee typ. Natuurlijk vraagt hij gelijk of er geen AI-tool is die het interview kan registreren en uitwerken. Ik vertel dat ik een interview nog niet door AI laat maken, omdat ik dat al wel eens deed en zowel mijn versie als de AI-versie online zette. Dat was niet heel succesvol, maar terwijl ik dat vertel bedenk ik me dat dit in deze tijd waarin AI elke dag beter wordt een heel slecht argument is. Morgen toch maar eens uitzoeken denk ik en ik hoor Rini tegelijkertijd zeggen ‘ik zit ook soms nog in de ontkenningsfase hoor. We moeten nog een beetje leren wat AI kan betekenen. Maar als ik tegenwoordig met iets bezig ben dan ga ik eerst een beetje sparren met Chat. En wat ik uitgevonden heb, is dat we dan na een tijdje heen en weer te chatten ergens komen waarvan ik denk dit is best oké. Wat ik daarna doe is dat ik de opdracht geef ‘wat zou een goede prompt zijn om direct tot deze uitkomst te komen?’. En die prompt sla ik dan op.’ Het interview is begonnen.
‘Het is effectiever als je jezelf accepteert zoals je bent’
Tijd voor een eerste vraag, waarbij ik Rini uitleg dat ik hem natuurlijk goed ken van de online masterclass die we met hem opnamen over agile werken. Het thema waar Rini in de Corona periode ook een boek over schreef en waarbij ik dan heel erg aan een methode moet denken. Terwijl ik hem ‘s morgens voorafgaand aan ons interview in een podcast nog hoorde vertellen dat hij in zijn lezingen vooral gericht is op dingen die mensen gelijk de volgende dag kunnen veranderen. Z’n nieuwe boek heet ‘Alle Ballen op Impact’. Dat past dan volgens mij veel beter bij hem dan een boek over een methode. Is dat ook zo?
‘Dank je wel voor de beschuldiging van inconsistentie’, lacht Rini, ik probeer nog te zeggen dat ik het zo niet bedoelde, maar Rini gaat lachend verder. ‘Nee joh, geeft niks, ik hoor het vaker. Ik schrijf inhoudelijke boeken, én business romans. Dus dat is ook al inconsistent. En nu plaats jij mij in jouw methode hokje…weet je wat het is? Ik vind het heel knap als mensen heel consistent zijn in altijd steeds dezelfde soort boeken schrijven voor een consequente doelgroep. En ik ben daar stiekem ook wel eens een beetje jaloers op. Maar ik wil gewoon wat schrijven en dan denk ik van tevoren niet teveel over de zogenaamde ‘business positionering’. Soms wil ik een businessroman schrijven, en soms iets heel praktisch als ‘Agile’. En nu dus ‘Alle ballen op impact’, omdat die complexiteit en die veranderlijkheid, die we ook met agile aan het oplossen waren, nu echt doorsijpelt in het werkveld van bijna iedereen. Je ziet het echt in alle takken van sport. Dan helpt het niet om te zeggen ‘ga maar een agile boek lezen, want het gaat juist om hoe je met die veranderlijkheid om gaat in je werk.’
Wat is dan kort de bocht wel de oplossing?
‘Even simpel gesteld, ga op het eindpunt zitten. Stel jezelf de vraag ‘Waar doe ik het allemaal voor?’ We waren altijd al wel op impact gericht, maar nu begint de relatie tussen proces en impact te verdampen. Daarom kun je tegenwoordig veel beter kijken naar waar je naar toe wilt. Want in de causale wereld weet je dat de output duidelijk is als al je input goed is en je proces gestandaardiseerd. Natuurlijk zit daar dan impact aan vast. Die ontstaat vrijwel automatisch. Dat weten we en dat is prima, maar als die veranderlijkheid toeneemt, dan is die causaliteit er veel minder. Of is soms zelfs helemaal afwezig. Een proces werkt de ene keer wel en de andere keer totaal niet. Je kent dat wel, dat iets dat bij de ene client niet werkt, terwijl het bij die ander zo goed ging. Het werkt dan veel beter om toe te geven dat we het vooraf nooit zeker kunnen weten. Daarom werken we met kleine stappen en leren onderweg. Kijken of je vermoedens kloppen. Zo ja, prima. Zo nee, fijn dat je daar dan snel achter komt. Dicht op de bal zitten en feedback zoeken op het moment dat je er nog voor open staat. Niet pas als je hele boek al klaar is, in mijn geval als auteur. Gewoon je manuscript al opsturen en erbij zeggen dat je ook wel weet dat dit het nog niet is.’
Stel je je dan te kwetsbaar op als adviseur?
‘Dat weet ik niet. De meeste adviseurs kijken naar wat er is en willen dan een behandelplan maken. Maar het zijn schuivende panelen dus die diagnose is meestal eigenlijk niet te maken. Dan heeft het geen enkele zin om drie weken aan een plan te gaan werken. Aan de slag gaan is dan veel effectiever. Kijk naar jullie eigen Grootste Kennisfestival. Heel veel dingen die jullie daarin doen zijn causaal. Je weet heel precies als je dit en dit doet, krijg je dat eruit. Maar als je een nieuwe doelgroep aanboort is er een grote kans dat het allemaal totaal anders in elkaar steekt. Of zoals jullie ook een festival in Groningen organiseren. Dan is de enige fout die je kunt maken te denken dat je het allemaal wel weet. Het is namelijk in een onzekere situatie gewoon naïef om te denken dat je alles vooraf foutloos kunt bedenken.’
Nu heb je de 9 impact-versnellers bedacht, kun je daar wat meer over vertellen?
‘Haha, ja impactversnellers hebben we ze genoemd. Factoren klonk te academisch, acties te causaal. We zijn echt op zoek gegaan naar wat is het nou? En toen we geen goede term vonden, hebben we deze zelf maar verzonnen. Ik kwam op 10 versnellers, waarvan ik er twee heb gecombineerd en zo bleven er 9 over.’
Ik begrijp dat het wat te ver gaat om ze nu alle 9 te behandelen, mensen moeten natuurlijk gewoon naar je lezing komen op het Grootste Kennisfestival op donderdag 19 juni, maar kun je er misschien 1 of 2 uitlichten?
‘Zeker. En dat is ook meteen de boeklancering, hé. Eén impactversneller die heel belangrijk is, is dat je impact echt definieert. Ik bedoel daarmee dat je jouw definitie van impact uitschrijft. Wat wil ik wel, maar ook wat wil ik niet. Daarbij is het goed om te kijken of jouw beschrijving van impact hetzelfde is als van je opdrachtgever. En bedenk daarbij dat hoe dynamischer je omgeving is, hoe eerder je geleefd wordt door de waan van de dag. En als je niet uitkijkt door de waan van een ander. Mensen in grotere organisaties zijn de halve dag bezig met dingen van anderen. En ik weet dat het makkelijk gezegd is, maar je moet ‘nee’ leren zeggen om meer tijd voor je eigen dingen te hebben. Daarvoor heb je dus echt een kompas nodig. En als je volgens je kompas iets beter niet kunt doen, probeer het dan ook niet te doen.’
Nee zeggen is voor veel mensen hartstikke lastig inderdaad.
‘Vergeet niet dat er minimaal 50 tinten ‘nee’ zijn, hé. Natuurlijk die ene lompe Nederlandse nee, die pijn doet op de neus van de ander. Maar er zijn vele andere tinten. Door bijvoorbeeld te verwijzen naar de impact die jij zelf wilt leveren. Vraag dan hoe hetgeen wat de ander aan jou vraagt daaraan bijdraagt. Want anders doen we het misschien later. Dat is een hele beleefde nee. Of zeg ‘nu nog even niet’. Dat is ook een beleefde nee. En je hoeft heus niet altijd op alles nee te zeggen, iemand helpen is soms ook fijn, maar neem wel in je afweging mee dat het even niet bijdraagt aan jouw impact.’
En je 2e versneller?
‘De tweede is een hele andere: acceptatie. Daarmee bedoel ik dat wat er ook gebeurt, ‘nu’ altijd het nieuwe startpunt is. Dat klinkt misschien wat zweverig, maar ik hoor zo vaak ‘je had dit beloofd’ waarmee we eigenlijk heel veel energie stoppen in dingen die al geweest zijn. Dan krijg je discussies over het verleden en ga je praten over dingen die niet gelukt zijn. En wie daar dan de schuld van is. Alle tijd die je besteed aan het verleden helpt je niet. Wat veranderexpert Jan van Setten ook al zei ‘denk niet dat je recht hebt op een beter verleden’. Ook al ben je het er niet mee eens, de discussie erover heeft geen zin. Nu is het nieuwe startpunt. Altijd!’
Wat gebeurt er dan?
‘Na acceptatie, komt pas de blik naar voren. Ik zie zoveel tijd verprutst worden aan dingen die je niet meer kunt veranderen. Het gaat natuurlijk over jezelf, dat je accepteert dat het is zoals het is. En ik zal je zeggen, ik heb in elk hoofdstuk ook mijn eigen reis beschreven. Dat is soms een praktisch verhaal, maar soms ook heel persoonlijk. Zoals bij acceptatie van de verstandelijke handicap van onze zoon Bas. De vraag ‘waarom ik’ helpt je dan echt niet verder. Dat blokkeert alle gedachten over wat er wel kan. En ik veroordeel daarmee niet het verdriet, hé. Dat mag er zijn. Natuurlijk. Alleen zit de actie pas ná acceptatie.’
Heb je dat geleerd of had je dat altijd al in je?
‘Nee zeker niet, maar Patricia (Rini’s echtgenote red.) en ik zijn altijd wel heel erg ‘doenerig’. Natuurlijk voelen we wel, maar meestal pas later. Dat helpt. Iedereen heeft recht op z’n eigen drama. Bij de één is het wat kleins en bij een ander heel groot, maar voor iedereen geldt dat acceptatie een belangrijke stap is bij de weg er doorheen. En zo is het in je werk ook. Zeker in complexe en dynamische omgevingen. Je doet daar gewoon dingen die regelmatig niet werken. Je doet iets voor een klant, maar dat heeft voor hun niet de impact die jij dacht dat het zou hebben. Dan zeg ik dus ‘oké, accepteer, pas je aan en ga door’. Die acceptatie wordt steeds belangrijker, juist nu de wereld zo onvoorspelbaar is geworden. Het is steeds minder maakbaar. Daarom had ik ook de motivatie om dit boek te maken en daarmee lekker inconsistent te zijn. En ik heb ook met die inconsistentie geen problemen meer. Het is namelijk een stuk effectiever als je jezelf gewoon accepteert zoals je bent’.
Wil jij ook partner worden van het grootste kennisfestival?
Bekijk de mogelijkhedenStel jezelf de vraag ‘Waar doe ik het allemaal voor?